Welke documenten of bewijsstukken moeten worden toegevoegd aan jouw aanvraag voor een kunstwerkattest?

Wanneer je voor de eerste keer inlogt op het platform moet je allereerst jouw persoonsgegevens nagaan en, zo nodig, aanvullen.  

Indien je niet wenst gecontacteerd te worden op het adres dat in het rijksregister staat, moet je dit aangeven door het daartoe voorziene vakje aan te vinken en ons het postadres mede te delen dat moet worden gebruikt in onze communicatie met jou. 

Zodra dit is gebeurd, vul je jouw profiel als kunstwerker in. 

Je zal jezelf moeten voorstellen en kort jouw praktijk moeten beschrijven. Het is vervolgens in dit deel dat je ons meer kan vertellen over jouw opleiding of ons de ervaring die je hebt met jouw artistieke praktijk kan toelichten. Om ons in staat te stellen inzicht te verwerven in jouw praktijk, kan je ons eveneens de links naar jouw professionele sociale media toevoegen. 

Dit deel is belangrijk om het voor de Commissie mogelijk te maken te weten welke kunstwerker je bent, wat jouw praktijk is, en deze te verifiëren.  

Zodra jouw profiel is ingevuld, begin je vervolgens jouw aanvraag in te vullen door aan te geven welke activiteiten je uitoefent.  

Opmerking: tijdens het indienen van jouw aanvraag, kan je de activiteiten selecteren waarop je jouw aanvraag wil baseren (ofwel alle ingevoerde activiteiten, ofwel slechts enkele).
Om de informatie in jouw aanvraag te staven, moet je zoveel mogelijk bewijs daartoe leveren. 

 

Bepaalde elementen moeten verplicht worden gestaafd (met documenten, illustraties, video’s, links, …) om door de Commissie in aanmerking te kunnen worden genomen, andere niet.  

Om niet onvoorbereid te zijn, raden wij jou zeer sterk aan om op voorhand al alle documenten en informatie te verzamelen die bij jouw aanvraag zullen moeten worden toegevoegd, vooraleer je deze aanvraag online invult.  

Dit deel van deze handleiding heeft dus tot doel jou te helpen begrijpen welke informatie of gegevens moeten worden aangetoond om door de Commissie in aanmerking te kunnen worden genomen en welke soort(en) bewijs je moet leveren en dus ter beschikking moet hebben voor het coderen van jouw aanvraag.

Hieronder vind je een samenvatting van de gegevens die moeten worden ingevuld tijdens het coderen van jouw aanvraag. De gegevens gemarkeerd met een * moeten verplicht worden gestaafd met documenten om door de Commissie in aanmerking te kunnen worden genomen bij het onderzoeken van jouw aanvraag, de andere niet.

Aan het einde van dit onderdeel vind je een tabel met een overzicht van deze informatie. De lijst met te verschaffen stukken om jouw beweringen te staven is indicatief en niet-exhaustief. Je kan dus uiteraard steeds bewijsstukken toevoegen die hieronder niet worden genoemd. 

Hier vind je de verschillende elementen of gegevens die je in je aanvraag moet opnemen om je professionele praktijk in de kunsten aan te tonen:  

De PRAKTIJKvan een artistieke, artistiek-technische of artistiek-ondersteunende activiteit*, moet steeds worden aangetoond. Je moet de Commissie alle documenten bezorgen die het volgende aantonen: 

 

1) dat jouw activiteiten wel degelijk artistiek zijn, dit wil zeggen: 

  • dat ze zich wel degelijk binnen een van de acht erkende kunstendomeinen afspelen:
     
    • beeldende kunsten 
    • audiovisuele kunsten 
    • muziek
    • literatuur
    • spektakel
    • theater
    • choreografie
    • stripverhaal
       
  • dat je met deze activiteiten een artistieke, artistiek-technische of artistiek-ondersteunende bijdrage levertdie noodzakelijk is voor een artistieke creatie of uitvoering *.

Een artistieke bijdrage wordt beschouwd als noodzakelijk wanneer zonder deze bijdrage hetzelfde artistieke resultaat niet zou worden bereikt.
Jouw aanvraag moet dus aantonen dat de artistieke prestatie, het uiteindelijke werk zonder jouw bijdrage niet dezelfde/hetzelfde zou zijn geweest.

In sommige gevallen zal het noodzakelijk karakter van de bijdrage duidelijk zijn, in andere niet. Het bewijs van deze noodzakelijkheid kan op elke manier worden geleverd. Het is bijvoorbeeld denkbaar dat in sommige gevallen het noodzakelijke karakter kan worden ondersteund door een verklaring van de auteur van het uiteindelijke artistieke werk waaruit blijkt dat hetzelfde resultaat niet bereikt had kunnen worden zonder de inbreng van een andere kunstwerker. Dit zal natuurlijk door de Commissie moeten worden bevestigd.

 

2) dat je wel degelijk de activiteiten uitvoert die in jouw aanvraag staan. 
Dit spreekt voor zich, maar uit jouw aanvraag moet blijken dat je daadwerkelijk de activiteiten die in jouw aanvraag staan uitvoert. Door middel van bijvoorbeeld foto’s, video’s, links naar websites, affiches, enz. 
De Commissie moet immers vooral de realiteit van jouw artistieke praktijk kunnen nagaan.

Het PROFESSIONELE karakter van jouw artistieke praktijk zal worden bepaald op basis van het inkomen dat je aangeeft voor jouw kernactiviteiten. In sommige gevallen zal rekening worden gehouden met de tijdsinvestering en het onzichtbaar werk.

Aan de drempels die in aanmerking zullen worden genomen om het professionele karakter te bepalen evenals de situaties waarin de Commissie de tijdsinvestering, het onzichtbaar werk en de inkomsten uit jouw randactiviteiten zal onderzoeken, wordt in het tweede deel van deze handleiding herinnerd.

 

Om jouw professionele activiteit te kunnen aantonen: 

moeten de INKOMSTEN* uit de kern- en randactiviteiten aangetoond kunnen worden, zodat ze door de Commissie kunnen worden gecontroleerd.  Niet-aangetoonde inkomsten kunnen niet worden aanvaard door de Commissie en zullen bijgevolg ook niet in aanmerking worden genomen bij de evaluatie van het professionele karakter van jouw artistieke praktijk. Dit zou dus zeer nadelig zijn aangezien dit de basis is om te bepalen op welk type attest (gewoon of plus) je recht hebt.

Je moet dus het bewijs leveren van alle inkomsten die je hebt ontvangen in het kader van je artistieke activiteiten die je in jouw aanvraag hebt vermeld, bijvoorbeeld door middel van: 

  • arbeidsovereenkoms
  • tloonfiches;
  • bankuittreksels;
  • aanslagbiljet;
  • screenshots of uittreksels van mycareer.be
  • RJV-fiches (opdat de Commissie het brutovakantiegeld in aanmerking kan nemen). 

 

Met deze door jou verschafte documenten moet de Commissie het volgende kunnen nagaan: 

  1. de uitgeoefende artistieke, artistiek-technische of artistiek ondersteunende activiteit of functie, maar ook  
  2. de in het kader van deze activiteit(en) ontvangen inkomsten  

 

Opgelet: met enkel het aanslagbiljet of de individuele rekening kan niet worden aangetoond dat je een artistiek inkomen hebt ontvangen. Het is dus uiterst belangrijk bij je aanvraag alle artistieke overeenkomsten waarover je beschikt toe te voegen (hierop moet je artistieke, artistiek-technische of artistiek ondersteunende functie vermeld zijn), aan de hand waarvan de informatie die op je aanslagbiljet of je individuele rekening staat kan worden gestaafd. 

De ontvangen auteursrechten kunnen ook worden aangetoond door middel van een fiscale fiche 281.45 of een door de uitgever gegenereerde auteursfiche.  

Voorschotten op auteursrechten kunnen worden aangetoond door middel van een attest van de uitgever met daarin het betaalde bedrag. 

 

De artistieke inkomsten ontvangen in het kader van een zelfstandige activiteit (zelfstandigenstatuut) kunnen worden aangetoond door middel van facturen. Wanneer het aanslagbiljet beschikbaar is, kan de Commissie aan de hand daarvan de bedragen op de facturen staven.  

Voor de btw-plichtige zelfstandigen maken de btw-aangiften het tevens mogelijk het ontvangen inkomen aan te tonen, maar ze moeten worden begeleid door facturen, eventueel beschikbare overeenkomsten of ieder ander document waaruit blijkt dat de ontvangen bedragen werden betaald in het kader van artistieke activiteiten. 

 

Wanneer je een prijs, een beurs of een subsidie vermeldt, moet de Commissie kunnen nagaan onder welke toekenningsvoorwaarden of om welke redenen je deze prijs, beurs of subsidie hebt ontvangen. Dit kan vermeld zijn in de toekenningsbrief.  

 

Het bewijs dat je de prijs, beurs of subsidie (rekeninguittreksel) wel degelijk hebt ontvangen, is relevant, aangezien het aantoont dat je het bedrag hebt ontvangen, maar de Commissie kan aan de hand hiervan niet weten wat daadwerkelijk met het bedrag is vergoed.  

 

Indien je na het raadplegen van het deel van het handboek over prijzen, beurzen en subsidies nog steeds niet weet of de beurs, prijs of subsidie die je hebt ontvangen moet worden beschouwd als kern- of randactiviteit, verzoeken wij jou dit als kernactiviteit te vermelden. Tijdens het onderzoek van je aanvraag zal de Commissie de toekennings- of toewijzingsvoorwaarden en de fiscaliteit controleren en beslissen of dit bedrag afkomstig is van een randactiviteit. Indien de Commissie van mening is dat het om een randactiviteit gaat, zal het bedrag worden uitgesloten en niet in aanmerking worden genomen als een kernactiviteit, maar als een randactiviteit.   

De inkomsten moeten per kalenderjaar worden medegedeeld. Je moet dus voor elke activiteit het daartoe ontvangen jaarbedrag aangeven.

Ter herinnering: alle overeenkomsten die betrekking hebben op eenzelfde artistieke activiteit (kern- of randactiviteit) moeten worden ingevoerd binnen één enkele activiteit (kern- of randactiviteit).  

In het platform is het thans enkel mogelijk de 5 kalenderjaren voorafgaand aan de aanvraag in te voeren, dit wil zeggen voor een aanvraag in 2024, de inkomsten van de jaren 2019, 2020, 2021, 2022 en 2023. 

 

Sommige personen willen evenwel graag de in 2024 ontvangen inkomsten aan hun aanvraag toevoegen in het kader van de uitoefening van hun artistieke activiteiten.   

Voor deze personen werd dus een tijdelijke oplossing ingevoerd. 

 

Indien je inkomsten 2024 waarschijnlijk een belangrijke invloed hebben op het soort attest dat je zou kunnen ontvangen, kan je deze inkomsten ook toevoegen aan die van het jaar 2023 door in het vak opmerkingen ***opgelet inkomsten 2024*** toe te voegen aan de beschrijving.   

 

De Commissie zal tijdens het onderzoek van je aanvraag beslissen in welke mate zij rekening houdt met deze inkomsten 2024.  

Wij vestigen je aandacht evenwel op het feit dat indien de Commissie beslist om deze inkomsten 2024 in aanmerking te nemen, het zou kunnen dat zij een deel van de inkomsten van 2019 uitsluit door desgevallend een prorata toe te passen.  
Tip : Wanneer je jouw aanvraag voorbereidt, zorg er dan voor dat je de de bewijzen voorbereidt waaruit de inkomsten per activiteit en per kalenderjaar blijken en niet globaal, activiteit per activiteit. Als je daarentegen verschillende bijlagen moet toevoegen voor eenzelfde activiteit in de loop van eenzelfde kalenderjaar heb je de mogelijkheid ofwel om één globale bijlage toe te voegen ofwel om de bijlagen één per één toe te voegen.

Je dient ook rekening ermee te houden dat de aard van het ontvangen inkomen ingevolge het uitoefenen van een artistieke activiteit deze activiteit al dan niet haar kernkarakter geeft (behalve voor onderwijsactiviteiten of deelname aan opleidingen of Commissies die steeds vallen onder de randactiviteiten).                                                 

Vb.: Een muzikant die bijvoorbeeld in de loop van de vijf jaar voorafgaand aan zijn aanvraag prestaties heeft geleverd en gedeeltelijk met de cachetregeling (taakloon) en gedeeltelijk in het kader van de kleine vergoedingsregeling (KVR) of amateurkunstenvergoeding (AKV) werd vergoed zal twee activiteiten van muzikant moeten coderen:

  • een kernactiviteit als muzikant voor het met de cachetregeling vergoede gedeelte omdat de activiteit een beroepsinkomen heeft gegenereerd. 
  • een randactiviteit als muzikant voor het gedeelte van zijn praktijk dat werd vergoed in het kader van de KVR of AKV, omdat het gaat om vergoedingen die niet worden beschouwd als beroepsinkomsten.  


Het is dus belangrijk om vooraf al de nodige bewijsstukken te verzamelen om op basis daarvan te bepalen of de gecodeerde activiteit een kernactiviteit of een randactiviteit is.

De tijdsinvestering, dit wil zeggen de tijd die je besteedt aan de betreffende kern- of randactiviteit en waarvoor je een vergoeding ontvangt.
De tijdsinvestering is louter indicatief en moet niet worden aangetoond. De encodering van de tijdsinvestering maakt het voor de Commissie mogelijk zich een idee te vormen over de tijd die je besteedt aan jouw artistieke praktijk en wat dat in jouw dagelijkse leven betekent en ten opzichte van jouw globale praktijk. 

 

Opgelet, de tijdsinvestering moet niet worden verward met het onzichtbaar werk, dat wel met bewijzen moeten worden gestaafd.

Het onzichtbaar werk* bestaat uit niet-vergoede activiteiten zoals het voorbereiden en uitwerken van kunstprojecten, conceptueel werk en productiewerk, het zoeken naar financiering voor kunstprojecten, het zoeken naar kunstwerk, het onderhouden en uitbouwen van vaardigheden binnen voormelde domeinen van de kunsten, de deelname aan tentoonstellingen en andere toonmomenten die niet vergoed worden en de promotie van het artistiek oeuvre.

Dus in tegenstelling tot de tijdsinvestering genereert het onzichtbaar werk geen enkel inkomen, geen enkele vergoeding. Door onzichtbaar werk kan de Commissie zien welke inspanning je levert en hoeveel energie je steekt in het ontwikkelen, voorstellen en promoten van je artistieke projecten, en wat dit deel van je activiteiten, dat niet direct inkomsten genereert, voor investering van jouw kant betekent.  Deze informatie is daarom nuttig bij het onderzoeken van je aanvraag, maar om door de Commissie in aanmerking te worden genomen, moet onzichtbaar werk altijd worden bewezen.

Opmerking: de reglementering definieert onzichtbaar werk als een randactiviteit. In het platform en om de realiteit op het terrein weer te geven, zal het onzichtbaar werk evenwel steeds gekoppeld worden aan een kernactiviteit.

De perioden van inactiviteit : wanneer je bij het invullen van jouw aanvraag aangeeft dat je niet in staat was activiteiten uit te voeren tijdens de onderzochte periode (d.w.z., naargelang het geval, de 5, 3 of 2 jaren voorafgaand aan jouw aanvraag), moet je deze perioden van inactiviteit kunnen aantonen. 

Het moet dus gaan om een inactiviteit om een van de volgende redenen: 

  • ziekte 
  • arbeidsongeval 
  • beroepsziekte 
  • adoptieverlof 
  • moederschapsverlof 
  • geboorteverlof (vroeger vaderschapsverlof) 
     

Daarom moet je bij uw aanvraag een attest van ongeschiktheid of een medisch attest voegen met daarop de volgende informatie: 

  1. de reden van de inactiviteit (zie boven) 
  2. de periode (begin- en einddatum); 
  3. het aantal dagen ongeschiktheid. 

  

Opgelet evenwel, er is voor de aanvrager geen enkele verplichting tot van het verschaffen van enigerlei medische gegevens. Het gaat louter erom het voor de Commissie mogelijk te maken de periode van inactiviteit en de reden ervan na te gaan.

 

Enkel de perioden van inactiviteit die voldoen aan de voorwaarden en zijn aangetoond, zullen door de Commissie in aanmerking worden genomen.

Indien een periode van inactiviteit door de Commissie wordt aanvaard, zullen de drempels om te bepalen of jouw praktijk professioneel is, evenals de drempels om te bepalen of je in aanmerking komt voor een kunstwerkattest “plus”, dienovereenkomstig worden verlaagd. 

Samenvattende tabel

Soorten documenten die als bewijs kunnen dienen

Profiel / Opleidingen 

Diploma, inschrijvingsbewijzen voor cursussen, programma van gevolgde opleidingen, curriculum vitae, enz.,

Artistieke praktijk

Overeenkomsten met functiebeschrijving, foto’s, websites, video’s, films, enz.

Inkomsten 

Overeenkomsten, betalingsfiches, uittreksels van mycareer.be, aanslagbiljet en/of individuele rekeningen (indien gestaafd met andere documenten)  

Zelfstandigen: facturen, btw-aangiften, rekeninguittreksels, enz.  

Auteursrechten: fiches 281.45 (auteursrechten), auteursfiche, attesten van de uitgever. 

  

Inactiviteit 

Attest van arbeidsongeschiktheid
Medisch certificaat (geen medische gegevens)

Onzichtbaar werk  

E-mails, foto’s, betaalbewijzen, correspondentie, certificaten, enz.

Vragenlijst starter

V1-Diploma, bewijs van inschrijving voor vormingen, opleidingen, programma van gevolgde cursussen, curriculum vitae, beschrijving van gelijkwaardige ervaring, enz.

V2-Bewijs van deelname aan een vormingsprogramma waarin u wordt begeleid bij het ontwikkelen van een carrière-, financieel of ondernemingsplan,

Bewijs van deelname aan een opleidingsonderdeel in het hoger onderwijs waarin je een carrière-, financieel of ondernemingsplan voor jezelf ontwikkelt

Een door jou opgesteld carrière-, financieel of ondernemingsplan met een realistisch plan voor het ontwikkelen van een professionele praktijk in de kunsten in de komende 3 jaar.

V3- Bewijs dat je 300 euro bruto uit kernactiviteiten hebt ontvangen: loonstrookjes, bankafschriften,

Bewijs van minimum 5 prestaties uit kernactiviteiten: contracten, foto's, website, posters, schriftelijke uitwisselingen,