Wanneer beschouwt de Kunstwerkcommissie je artistieke praktijk als professioneel?
Om te beoordelen of je artistieke praktijk een professioneel karakter heeft, onderzoekt de Kunstwerkcommissie je inkomsten uit werk in de kunsten tot 5 jaar voor je aanvraag.
Je moet aantonen dat je beroepsinkomsten en je tijdsinvestering volstaan om in een deel van je eigen levensonderhoud te voorzien.
De Kunstwerkcommissie telt je inkomsten uit kernactiviteiten en randactiviteiten samen.
Kan je een inkomen van meer dan 65.400 euro aan kernactiviteiten aantonen gedurende de periode van 5 jaar voor je aanvraag? Dan word je als kunstwerker met een professionele praktijk in de kunsten beschouwd.
Heb je minder dan 1.000 euro verdiend aan kernactiviteiten gedurende de periode van 2 jaar voorafgaand aan je aanvraag? Dan wordt je aanvraag verworpen, behalve als je aan de voorwaarden voor het ‘starter’-attest voldoet.
Heb je tussen 1.000 en 65.400 euro verdiend gedurende de periode van 5 jaar voor je aanvraag? In dat geval moet je in je dossier het volgende aannemelijk maken:
-
dat de inkomsten uit je kernactiviteiten en randactiviteiten samen in een deel van je eigen levensonderhoud kunnen voorzien, of
-
dat de kernactiviteiten en randactiviteiten samen een aanzienlijk deel van je professionele tijdsinvestering uitmaken.
De Kunstwerkcommissie velt haar oordeel op basis van de elementen en stukken van je dossier. In dat geval besteedt ze bijzondere aandacht aan het zogenaamde ‘onzichtbare’ werk waaraan kunstwerkers vaak heel wat tijd besteden zonder bezoldigd te worden.